Allereerst wil ik je hartelijk danken voor je komst naar Kyoto vandaag.
Het is mij een genoegen.
Ik moet even uitleggen dat Dr. Miyachi van het Nationale Instituut voor Gezondheid en Voeding1 zo vriendelijk was om ons te adviseren bij de ontwikkeling van Wii Fit Plus. 1 Het Nationale Instituut voor Gezondheid en Voeding werd in 1920 opgericht door het Japanse ministerie van Binnenlandse Zaken. Dit officiële orgaan is belast met het verbeteren van de standaard voor de algemene gezondheid. Dit gebeurt door middel van enquêtes en onderzoek naar de gezondheid van de Japanse bevolking, hun eetgewoonten en geconsumeerde voedingsstoffen.
Ik was betrokken bij het laatste gedeelte van de softwareontwikkeling. We gebruikten Wii Fit Plus om de intensiteit2 van elke oefening te meten, zodat gebruikers zouden weten hoeveel calorieën ze hadden verbrand. We hebben ook adviezen gegeven over het combineren van de verschillende trainingen. 2 Dit heeft betrekking op de gemeten hartslag, tijdens of vlak na een oefening, in verhouding met de maximale hartslag. Aan deze numerieke waarde kunnen mensen hun fysieke vermogen aflezen.
Ik zou daar later in het interview graag dieper op ingaan, als je dat goed vindt. Om te beginnen wil ik je graag vragen wat voor onderzoek je tot nu toe hebt gedaan en hoe je tot je huidige onderzoek bent gekomen.
Ik studeerde af aan het Nationale Instituut voor Fitness en Sport, in Kanoya3. Dit is de enige nationale universiteit die is gespecialiseerd in lichamelijke opvoeding. Al op de middelbare school wilde ik sportleraar worden. Ik schreef me in voor die opleiding aan de universiteit, die net dat jaar was opgericht. 3 Het in 1981 opgerichte Nationale Instituut voor Fitness en Sport, gevestigd in de Japanse stad Kanoya, is een nationale universiteit, gespecialiseerd in lichamelijke opvoeding.
Dus je behoorde tot de allereerste lichting studenten?
Juist. De leraren waren daarom enorm gepassioneerd en deden meer dan er van ze verwacht werd tijdens de uitstekende opleiding die ze ons gaven.
Ik denk dat je jezelf aan de ene kant ongelofelijk gelukkig mag prijzen met die passie, tijdens de opleiding die je kreeg. Tegelijkertijd zorgde het er waarschijnlijk ook voor dat je een andere richting insloeg, en je oorspronkelijke idee om sportleraar te worden liet schieten! (lacht)
Ja, precies! (lacht) Ik werd geobsedeerd door mijn studie. Oorspronkelijk was ik een rugbyspeler, en toen ik mijn onderzoek combineerde met rugby, kwam ik erachter hoe interessant het onderzoek naar lichaamsbeweging is.
Even uit interesse… In hoeverre was jouw rugbytraining – en sport in het algemeen – gebaseerd op wetenschap en in hoeverre was het een psychologische training?
En daarmee bedoel je…? (lacht)
Nou, toen ik op de middelbare school zat, was ik een fanatiek lid van het volleybalteam. Sportclubs van scholen waren in die tijd gericht op hardheid en doorzettingsvermogen.
Dus je mocht bijvoorbeeld geen water drinken tijdens de training?
Ja, zo was het echt! (lacht)
Ja, zo ging dat vroeger. Totdat de sportwetenschap in de jaren tachtig een belangrijke rol ging spelen bij sportclubs. Net rond de tijd dat ik naar de universiteit ging.
Juist.
Ik denk eigenlijk dat het goed voor me was. Aan de universiteit kon ik ervaren hoe het was om te trainen op een wetenschappelijk onderbouwde manier. Ik kon zien dat de oefeningen die ik deed waren gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en een theoretische grondslag hadden. Nadat ik hier ervaring mee had opgedaan, deed ik de masteropleiding en bestudeerde de veranderingen in het menselijk lichaam tijdens lichamelijke training. Nadat ik klaar was met mijn masteropleiding, ging ik naar de Kawasaki Universiteit voor Geneeskunde en Welzijn4, in de prefectuur Okayama. Dit was oorspronkelijk de Kawasaki Universiteit voor Geneeskunde, gespecialiseerd in geneesmiddelen. Er was net een faculteit voor Gezondheid en Lichaamsbeweging opgezet en weer behoorde ik tot de eerste groep studenten. 4 De Kawasaki Universiteit voor Geneeskunde en Welzijn is een particuliere universiteit voor gezondheid en welzijn. De universiteit werd in 1991 opgericht en heeft zijn hoofdvestiging in de stad Kurashiki, in de prefectuur Okayama.
Je lijkt er een beetje een gewoonte van te maken! (lacht)
Ja, dat klopt! (lacht) Maar in die tijd begon ik ook les te geven.
Hoeveel jaar heb je op die universiteit doorgebracht?
Ik heb er veertien jaar gewerkt. In die tijd werkte ik aan mijn postdoctoraal als leraar en deed mijn eigen onderzoek. Zes jaar geleden ging ik aan het werk voor het Nationale Instituut voor Gezondheid en Voeding, in Tokio.
Kun je in het kort uitleggen wat voor soort organisatie het Nationale Instituut voor Gezondheid en Voeding is?
Het is een onderzoeksfaciliteit onder toezicht van het ministerie voor Gezondheid, Werkgelegenheid en Welzijn. Het doet onderzoek naar eetgewoonten en lichaamsbeweging, om de algemene gezondheid van de bevolking te verbeteren.
En wat is precies het doel van het werk dat je doet?
Ik ben een projectleider bij het Instituut voor Gezondheid en Voeding, voor het team dat richtlijnen voor lichaamsbeweging bedenkt. Het is dus mijn taak om nieuwe richtlijnen voor lichaamsbeweging op te stellen, die nodig zijn om de gezondheid van de bevolking te verbeteren. Maar ik mag niet gewoon mijn eigen, onafhankelijke onderzoek doen. Ik bekijk en analyseer onderzoeken uit de hele wereld om dat doel te bereiken, en giet het in een voor iedereen begrijpelijke vorm.
Je verzamelt dus rapporten en onderzoeken uit de hele wereld, terwijl je tegelijkertijd je eigen onderzoek doet, om richtlijnen voor lichaamsbeweging te maken die door iedereen in Japan gebruikt kunnen worden.
Dat klopt. Het zijn echter richtlijnen voor de gemiddelde persoon. Ze zijn niet voor iedereen geschikt.
Maar met die richtlijnen lever je wel een positieve bijdrage aan het gezondheidsniveau van het hele land.
Ja, dat klopt.
Maar hoewel iedere volwassene in Japan weet dat hij moet bewegen, lukt dat niet altijd! (lacht)
Precies. Er zijn momenten dat het ze niet helemaal lukt. (lacht)
Even uit interesse, hoe groot is het percentage van de Japanse bevolking dat regelmatig beweegt?
Het is moeilijk te zeggen wat 'regelmatig bewegen' precies inhoudt. Volgens één definitie beweeg je regelmatig als je een uur per week, of ongeveer twee keer een half uur per week traint. Van mensen die zo vaak trainen, en daarbij licht transpireren, kun je zeggen dat ze regelmatig bewegen.
In dat geval hoor ik daar ook bij! Dat is een opluchting! (lacht)
(lacht) Dat betekent dat ongeveer 35-40% van de bevolking regelmatig beweegt. Of, als je het anders bekijkt, dat 60-70% van de Japanse bevolking niet regelmatig beweegt.
Dat is duidelijk.
Er is nog een andere manier om beweging te meten, waarbij het aantal stappen dat op een dag wordt genomen wordt geteld. Simpel gezegd, loop je dagelijks 10.000 stappen of meer?
Je hoort vaak over die '10.000 stappen per dag'.
Dat klopt. Als je 10.000 stappen of meer per dag loopt, kun je worden omschreven als actief. Maar er is nog geen 20% van de bevolking die dat haalt.
Als je een baan hebt waarbij je veel loopt, haal je die 10.000 stappen redelijk makkelijk. Maar voor mensen die dagelijks naar hun werk reizen en de hele dag achter een bureau zitten, is het bijna onmogelijk om zoveel te lopen, tenzij ze er echt hun best voor doen.
Dat is juist. We hebben onderzocht hoeveel de gemiddelde Japanner op een dag loopt. Het blijkt dat mannen uitkomen op iets meer dan 7.000 stappen per dag. Vrouwen lopen gemiddeld maar 6.000 stappen per dag. Dat komt zelfs niet in de buurt van 10.000 stappen per dag. Het laat zien dat Japanners steeds meer een zittend bestaan leiden.
Denk je dat de samenleving die kant opgaat omdat ons leven comfortabeler is geworden, en mensen vroeger actiever waren?
Ja, en ik denk dat we de grote omslag zo'n tien jaar geleden zagen. In die tijd liepen mannen gemiddeld 8.000 stappen per dag, en vrouwen zo'n 7.000. Dat zijn 1000 stappen meer dan tegenwoordig.
Echt waar?
Tien jaar geleden nam het aantal genomen stappen opeens drastisch af, en elk jaar worden het er minder. Tegelijkertijd begonnen meer mensen in hun vrije tijd te tennissen, naar de sportschool te gaan en regelmatig te trainen – ook met Wii Fit. Maar de beweging die mensen krijgen door dagelijks te lopen neemt langzaamaan af.
Denk je dat dit komt omdat ons dagelijks leven makkelijker wordt en onze levensstijl verandert?
Een van de redenen is de constante ontwikkeling die we zien in informatietechnologie.
Je bedoelt dat mensen de hele dag naar een computerscherm staren…
Het is nu mogelijk om te winkelen op het internet, zonder dat je de winkels hoeft te bezoeken. Onrendabele bus- en treinenroutes zijn opgeheven, waardoor meer mensen op het platteland een auto kopen. De motorisering van de samenleving begint Amerikaanse vormen aan te nemen. Maar de belangrijkste reden is dat steeds minder mensen op zaterdag werken.
De belangrijkste reden is dat minder mensen op zaterdag werken? Dat is verrassend.
Het is goed vanuit het oogpunt van de werknemer. Vroeger was het heel normaal om op zaterdag tot één uur 's middags te werken. We noemden het een halve vakantiedag. Dat behoort nu tot het verleden.
Scholieren hebben tegenwoordig ook vrij op zaterdag.
Dat klopt. Dus de combinatie van de drie factoren die ik noemde, is de laatste tien jaar een steeds grotere rol gaan spelen en heeft geleid tot de huidige situatie.
Als de huidige situatie zich voortzet, lopen we een grotere kans op aandoeningen die worden veroorzaakt door onze levensstijl…
Obesitas in het bijzonder.
Denk je dat we kunnen spreken van een crisis op het gebied van de landelijke gezondheid?
Ik heb heel erg het gevoel dat we midden in een crisis zitten. Het is daarom niet simpelweg mijn doel om richtlijnen op te stellen, maar om de Japanse bevolking in beweging te krijgen.
Dus dat is je levenswerk?
Ja, precies. Het is op z'n minst een belangrijk doel, waar ik aan zal blijven werken tot ik met pensioen ga.
© 2024 Nintendo.